Na het feest

 

geniet ik met volle teugen

van de bloemenpracht,

die men, naast boekenbonnen

flessen wijn en andere geschenken,

voor mij heeft meegebracht.

 

Op een van de presentjes vond ik,

het was slechts voor de sier,

een enkele roos tezamen met

wat blad en minuscule appeltjes,

ik telde er wel vier.

 

De roos was mooi, maar

ik legde haar terzijde, want

bloemen had ik al genoeg …

Echter, de andere dag toen ik

tot mijn verrassing zag

 

dat zij aan schoonheid

niet had ingeboet,

heb ik haar in een glas gezet

en de plek gegeven

die zij rechtens hebben moet

 

en waar ze in haar eenvoud

de show nu staat te stelen.

Ik kijk ernaar

en ze ontroert me,

die ene bloem uit vele.

 

 

Joke van der Ark

Nr. 702 - 10 november