Met jou
Waarom gooi je alles weg,
eerst die jas die jou
te strak, doch naar ik meen
toch los genoeg omspande.
Daarna alles, alles
wat je zocht en kreeg
en wat je lang, héél lang
werd nagedragen.
De warmte van een nest,
de zekerheid van brood.
Je dreigt me in je
onbezonnenheid
zo dikwijls met de dood.
Je wilt je leven zelf inrichten
maar kind je kan het niet, nog niet.
Met jou heb ik zoveel verdriet.
Joke van der Ark
Nr. 338 – 25 oktober 1998