De trein


Soms denk ik wel eens:


Waarom word je niet wijs geboren

weet je alles van te voren?

Ik voel de drang om te presteren

en ik wil nog zoveel leren.

Zeker, kind zijn is ook fijn,

maar dan stap je in de trein.

Niemand kan je iets voorspellen

en die trein maar steeds versnellen.

Kijk daar gaat het weer voorbij zo’n mooi station.

Ik wou dat ik daar even blijven kon.

Sta toch even stil!

Je voelt toch dat ik dat graag wil!

Ik wil er uit, heel even toe,

laat met toch ik ben zó moe.

Even verder, uitgerust

en niet meer zo uitgeblust,

pak je opnieuw van alles aan.

Hoe zou ’t nu weer verder gaan.

Jongeren er in, ouderen er uit.

Ieder station kent hetzelfde geluid.

Mensen zijn er, aardige en norse,

hele kleine maar ook forse.

Een ding hebben ze gemeen,

allemaal gaan ze ergens heen.

Aan het einde van de reis ben je heel wat grijzer

en misschien, ja héél misschien,

een heel klein beetje wijzer.



Joke van der Ark

Nr. 001 - 1988