De dichter is
goed beschouwd
maar een
zielig figuur,
altijd is hij moe,
altijd uitgeblust,
zijn gedachten
laten hem
nimmer
met rust.
Wat ben ik blij
dat ik niet
als dichter
de rest van mijn
leven moet
slijten
maar als een
dichteres
door de
zure appel
moet bijten.
Joke van der Ark
Nr. 136 – april 1991