Op koers
Een vogel klapwiekt boven mij
naar eindeloze ruimten,
vrij van gedachten
op koers naar waar het goed is.
Ik kijk haar na, vleugellam,
strijdige verlangens,
zwaar wegen mijn gedachten,
geen plekje waar het goed is
in ’t verschiet.
Zij laat zich niet misleiden,
weet feilloos waar naar toe.
Ik kijk haar na, ervaar de kracht
die haar door tijd en ruimte tilt.
Waarom lukt mij dat niet?
Joke van der Ark
Nr. 305 – 16 februari 1996