Voor Coby
en allen op mijn weg
Welhaast dagelijks
onderweg, ergens
binnen het grote geheel,
doordringend gezoem
uit een geopend raam
duidt op het einde
van een nachtrust.
Vluchtige momenten,
een groet, een
opgestoken hand, gewoon
bezig met de vaat
terwijl de aarde
langzaam draait.
Een brug, een trein,
een binnenschip,
ergens wordt geheid,
de kinderen op weg
naar school, een lach
vanaf een fiets in vaart.
Het doet me goed,
net als de zomerzon
die schuchter nog
de lucht verwarmt,
geuren laat hangen
in een werkelijke dag.
Joke van der Ark
Nr. 358 – 9 juli 2000