Aan alle elfjes en kaboutertjes
‘Hoe ben je daar gekomen Fleur, op dat feest en wie waren
er nog meer?’ ‘Ik vloog zomaar door de lucht. Anemoontje
had vleugels voor mij meegenomen. Er waren feeën en
kabouters. Ook ben ik op de plek geweest waar de elfjes leren
en alles opgetekend wordt op dikke witte bomen.’
‘Dat is een mooie droom hoor Fleur! Wat fijn dat je
erover wilde vertellen. Ik droomde vroeger, toen ik
een klein meisje was ook over kaboutertjes, elfjes en feeën.
Nu ben ik een juf en vertel ik wat ze weten moeten
aan alle elfjes en kaboutertjes in mijn klas.’