Vanaf mijn balkon
overzie ik mijn landgoed en waan mij
een jonkvrouw uit vervlogen tijd.
De tuinman is geweest zie ik, ook dat hij
hier en daar een steek heeft laten vallen.
Ik zal de man er niet direct mee overvallen,
maar zoals het mij betaamt, hem zeggen
beter te presteren, ervoor zorg te dragen
dat hij zich in zijn vak bekwaamt.
Wat ben ik blij met mijn idee destijds,
om het domein open te stellen nu ik zie
hoe iedereen van de mogelijkheid geniet
om heerlijk in de buitenlucht te zijn.
Zonaanbidders, hardlopers en kuieraars,
baasjes die trachten hun huisdieren te temmen,
blijvers en passanten, maar wat ik
nog het leukste vind, zijn de hoge stemmen
van kinderen die opgaan in hun spel.
De kakofonie van geluiden voortgebracht
door vogels en eenden, meeuwen, die zwevend
in de lucht, krijsend in die vreugde delen.
Och, wat vind ik het leven fijn als ik geniet
van het uitzicht, het water en het vele groen,
de bomen die over een paar jaar zo vol
zullen zijn dat de contouren,
de begrenzing van mijn domein
vanaf het balkon niet meer te zien zullen zijn.
Het terrein daardoor groter lijkt
dan in werkelijkheid en ik het dan wellicht
nog meer waardeer op deze plek te wonen
om alles overziend te kunnen dromen
over landgoederen en freules uit vervlogen tijd.