Gezin/Famile
Wereld
Anders
Mens / Relatie
Leven
Tijden
Verhalen
Natuur
Alle gedichten

Tradities

feest en inkeer

omlijst

door sneeuw en ijs

voeden ons verlangen

naar het nieuwe

het onbeschreven blad,

dat geven we vertrouwen,

dopen het in champagne,

heffen onze glazen

en wensen elkaar

voorspoed

maar vooral


een gelukkig nieuwjaar.


Inhoud

01 Januari

02 Februari

03 Maart

04 April

05 Mei

06 Juni

07 Juli

08 Augustus

09 September

10 Oktober

11 November

12 December


Januari


Het eerste stukje tijd

is aangegeten,

goede voornemens

zijn ingeslikt

of ingeblikt tot

het volgend jaar,

nog wensen we

elkander

veel geluk en voorspoed,

welke we in dankbaarheid

aanvaarden

terwijl de eerste

tegenslagen

zijn geïncasseerd.



Januari, eerste maand.

Lat. Mensis Ianuarius,

maand van Janus, de god

van deuren, poorten,

van doorgang.

Waarschijnlijk is de naam

verbonden met ‘zonnedoorgang’.



bron,

Etymologisch Woordenboek

Van Dale

Februari


In alle vroegte

reeds vertrokken,

kale einders,

verten lokken,

rust over het land,

even het gezicht geheven

naar de richting

van de zon,

vage belofte

voor wat komen gaat,

verder weer

op eigen kracht

langs een regelmaat

in eeuwenoud decor.



Februari, tweede maand.

Lat. Mensis Februarius

maand van het reinigingsfeest,

Februarius van februum,

riem van geitenvel (om te

tuchtigen, om vrouwen

mee te slaan om hen

vruchtbaar te maken),

februari was vroeger

de laatste maand van het jaar.


bron,

Etymologisch Woordenboek

Van Dale

Maart


Wanneer de lente

bij ons vordert

wacht wie nog

winterhonger heeft

verderop

een slagroomtaart,

al hebben er

zo door de tijd

al teveel aangezeten,

sporen waar het gewoonlijk

hoog lag opgetast,

een kaal geheel

terwijl op het lager deel

kleur schuchter doorbreekt.



Maart, derde maand.

Lat. Mensis Martis,

Martis, van (de god) Mars;

mogelijk zo genoemd

omdat men ’s winters

geen oorlog voerde en deze

in het voorjaar weer begon.


bron,

Etymologisch Woordenboek

Van Dale

April


Tussen servet

en tafellaken

onvolwassen,

wispelturig nog,

woede-uitbarstingen

monden steevast in

een hevige huilbui uit,

dan opeens

lijkt alles

zich in goede banen

te bewegen

zacht en bescheiden

laat hij

zijn stralende kant zien.



April, vierde maand.

Lat. Aprilis

etymologisch onzeker,

maar mogelijk

Gr. Aphró, verkort uit

Aphroditè.


bron,

Etymologisch Woordenboek

Van Dale

Mei


Een aanloop naar

de volle bloei

jong leven in ’t verschiet,

och,

wat geeft ons deze tijd

een weldaad,

een overvloed

aan leven

vol van kleur,

de dag en nacht

gedompeld in een zoete geur

waar overheen de lokroep zweeft

ga mij niet voorbij

de wereld draait om mei.



Mei, vijfde maand.

lat. Mensis Maius

genoemd naar Maius,

een Italische god,

wiens naam betekent

‘hij die toename brengt’

verwant met maior.


bron,

Etymologisch Woordenboek

Van Dale

Juni


Pré-zomer,

gedachten liggen reeds

in het warme zand,

het lichaam

zoekt verkoeling

in het water,

morgen is niet ver

de file zeer nabij

nog even…

en dan gaan ook wij

al is het in etappes



Juni, zesde maand.

Lat. Mensis Iunius,

van (de godin) Iuno,

eig. de jeugdige,

vermoedelijk verwant

met iuvnis (jong).


bron,

Etymologisch Woordenboek

Van Dale

Juli


Volksverhuizingen,

oude steden

rijzen

uit de folders op,

lokken en

onttrekken ons

aan de zwaartekracht

van een recent verleden,

drukken ons terneer

door gewaarwording

van onvermogen

een alomvattende

geschiedenis

in een reis te vangen.



Juli, zevende maand

Lat. Mensis Iulius,

de maand heette

aanvankelijk

Quinctilis (de vijfde),

maar werd in 44 v. Chr.

omgedoopt ter ere van

Julius Caesar,

die in die maand

was geboren.

Het Romeinse jaar begon

oorspronkelijk met maart.


bron,

Etymologisch Woordenboek

Van Dale

Augustus


Een rijp geworden

zomer

trekt zich langzaam

terug,

nog spiegelt boven zee

een fata morgana,

laat geluk zich meten

door een zinderende zon,

een koele bries

die doordringt

in een oase van rust

waar we ons buigen

over net geoogste beelden.



Augustus, achtste maandag

Lat. Mensis Augustus,

ter ere van keizer Augustus,

die zijn eerste consulaat

in de maand Sextilis (zesde)

aanvaardde.

Augustus betekent

‘gezegend, geheiligd

en verheven’.

Het Romeinse jaar begon

oorspronkelijk met maart.


bron,

Etymologisch Woordenboek

Van Dale

September


Hellend-,

weer verder weg

van zon en licht,

bron van levensvreugd

en droefenis,

morgen reeds

zal het eerder donker zijn,

mens en dier

zetten zich schrap

in afwachting van verandering,

tocht naar binnen

naderbij en weg van thuis

waar de spaarbrander

wordt aangezet.



September, negende maand

Lat. Mensis September

van septem (zeven).

Het Romeinse jaar begon

oorspronkelijk met maart.


bron,

Etymologisch Woordenboek

Van Dale

Oktober


Ons buiten

is verworden

tot een bont geheel,

geur van hout

en rottend blad

rondgedragen door de wind

voedt het heimwee

naar voorbije maanden,

de blote huid

verschuilt zich reeds

onder de nieuwe mode

terwijl de laatste

stukjes zomer

worden uitverkocht.



Oktober, tiende maand

middelnederlands October,

Lat. Mensis Octobris

van Octo (acht).

Het Romeinse jaar begon

oorspronkelijk met maart.


bron,

Etymologisch Woordenboek

Van Dale

November


Geheel omsloten door

een grauwe sluier

zijn we blij

met iedere frisse wind,

elke poging

van het licht

om door te breken,

wee de storm

die gaten slaat

ons overspoelt

met golven weemoed

meevoert en

naar gelang de buien

striemt of balanceren laat.



November, elfde maand.

Lat. Mensis November,

van novem (negen).

Het Romeinse jaar begon

aanvankelijk met maart.


bron,

Etymologisch Woordenboek

Van Dale

December


De eerste leugen

is weerlegd

de Sint bestaat

als water sneeuw wordt

en dwarrelt op

bevroren stromen

straten en pleinen

waar licht lonkt

naar ons sentiment,

vrede vraagt niet

om versiering-,

toch zal de herrezen stad

na het hellevuur

haar straten weer verlichten.



December, twaalfde maand.

Lat. december van decem (tien).

Oorspronkelijk begon het jaar

bij de Romeinen op 1 maart;

sedert 153 v. Chr. werd dat

1 januari, maar de namen

september, oktober, november

en december bleven gehandhaafd.


bron,

Etymologisch Woordenboek

Van Dale

De inhoudsopgave heeft klikbare links naar de gedichten